9 september 2007

Dada Paradoxman...

...slentert door de Voldersstraat. Vanuit de Veldstraat, richting De Slechte komt hij, aan zijn rechterkant, voorbij Het Paard Van Troye. Boekenwinkel. In de winkel een waarschuwingsbordje: Roken is enkel toegestaan als u zelf in brand staat. Een kwartier later, op terras aan de overkant van de straat, bij een Capucino, is hij de eigenaar geworden van "Over literatuur" geschreven door Umberto Eco, uitgegeven bij Bert Bakker, Amsterdam 2003. Oorspronkelijke titel: Sulla letteratura, 2002 Umberto Eco.

Vorige nacht, de nacht is een vruchtbare tijd, is "vruchtbaar" het juiste woord?, de nacht is een andere tijd. Hij kan het u wel verklappen, vorige nacht, onder zijn leeslampje, met een gedroogde vijg en een Calvados. De vijg: de hele Mediterane wereld-en-geschiedenis erin geconcentreerd. Calvados: uit Normandië, vanuit de Mediterane wereld-en-geschiedenis richting Gent. Je drinkt er minder van dan van rode wijn, gemaakt van appels in plaats van druiven, besluit: op alle gebied steviger dan rode wijn. Wacht de nacht op de nachtwacht?

De drie eerste hoofdstukken van de achttien.
Over enkele functies van de literatuur.
Het lezen van het Paradijs.
Over de stijl van het Manifest.

Dit laatste inderdaad over het Communistisch Manifest van Karl Marx en Friedrich Engels. Bij gelegenheid wil ik dat hoofdstukje wel eens fotocopiëren voor geïntereseerden.
Het tweede over het laatste deel van de Goddelijke Comedie van Dante.



In onze contreien bloeien, terwijl Dante schrijft, de late middeleeuwen, in Italië markeert Dante het vooruitzicht van de Renaissance. Je herinnert je van de geschiedenisles de Guldensporenslag van 1302.

De Comedie van Dante past in een rijtje van drie meesterwerken van hallucinante verhalen met een bijbelse sfeer: de twee andere zijn Lucifer van Vondel en de Apocalyps van Johannes. Als het u kan aanmoedigen: de Apocalyps: het meest ketterse verhaal uit het evangelie. Verschillende invloedrijke ketterse bewegingen hebben zich erop geïnspireerd.

Eco in zijn tweede hoofdstuk:

Het Paradijs van Dante is de apotheose van het virtuele, van het immateriële, van de zuivere software, zonder het gewicht van de aardse en helse hardware, waarvan het afval in het Vagevuur achterblijft. Het Paradijs is meer dan modern, het kan voor de lezer die de geschiedenis is vergeten, geweldig futuristisch worden. Het is de triomf van zuivere energie, die het web ons beloofd en nooit zal kunnen geven, het is de verheerlijking van stromen, van orgaanloze lichamen, een gedicht dat uit novea en dwergsterren bestaat, een ononderbroken bigbang, een verhaal waarvan de de gebeurtenissen de lengte van lichtjaren beslaan (..)

Nog een vijg, nog een Calvados.
Als u zelf in brand staat... goed gevonden: hallucinant, luciferiaans, dantesque.

6 september 2007

Nou Grootmeester, eerlijk gezegd...

...wist u dat (en zoniet, nu wel, tenminste als u verder leest)
badminton, naast coïtus interruptus, één van de oudste sporten ter wereld
is ?
In India zijn kolentekeningen eerlijk gevonden van een paar duizend jaar
oud. Daarop werden geen kolen afgebeeld,
pientere lezer, doch een spel met als thema een vliegend voorwerp (vrucht ?
gewicht ?) waaraan veren waren vastgemaakt.
De eerste UFO-waarnemingen waren een feit. Waren de Goden dan toch geen
astronauten, Herr Von Däniken ?




Had men nu gewoon een kip genomen, had men zich de moeite kunnen besparen
om er veren op te moeten kleven,
doch dit stuk lekker fauna moest destijds nog worden geïmporteerd.. In
plaats van een racket, wat zelfs niet kon worden
geïmporteerd vermits pas later uitgevonden (en geperfectioneerd, vooral
door onze Duitse vrienden in WOII), werden handen
ende voeten gebruikt, want die waren wel reeds al uitgevonden, voorhanden
zeg maar (ook de voeten)..
De Chinezen maakten er een yuppie-sport van (pré-tennis), enkel voor wie
het zich kon permitteren. Zij maakten immers shuttles door
geldstukken aan veren te verbinden, hoewel dit mogelijks ook omgekeerd kon
geweest zijn.
Ook in Amerika werden voorwerpen met veren eraan van heel lang geleden
teruggevonden, destijds Indiaantjes genoemd..
In de 19de eeuw bracht een Engelse kolonel een geslachtsziekte maar ook
een spel mee uit India, vergelijkbaar met wat we vandaag
wel eens een druiper noemen maar ook plachten te demonstreren, "Poona"
genoemd. Voor de kleintjes "My little Poona"..
Een variant daar en destijds was tevens trachten een pluim in de
tegenstander zijn kont te planten, India-nus genoemd.
John Baldwin (hij weer), speelde het spelletje ten slotte in 1873 op een
windstille namiddag op een landgoed in Badminton in Engeland,
en zo komt badminton uiteindelijk aan zijn naam (zoals ping-pong zeg maar,
doch zoekt u zelf maar op waar dat ligt).
In 1887 werden de eerste spelregels opgesteld (wat heeft John Baldwin dan
eigenlijk onnozel staan doen ?) en 6 jaar later (reken zelf maar uit)
was de eerste Engelse badmintonbond ter wereld een feit.
Daarna duurde het nog zowat een 100 jaar vooraleer in Neptune BCNeptunus
(wat is dat toch met die namen) door enkele enthousiastelingen werd
opgericht, met alle gevolgen vandien...